English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word storm trooper

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(commando)
🔗 Aren’t you a little short for a storm trooper?
(assault; charge; rush);
(tempest; gale)
🔗 The storms were not as deadly in Alabama this time.
(be infuriated; rage; rave; inveigh; go on a rampage); ;

EnglishDutch
storm trooper <lid van een stoottroep>; SA‐lid
storm aanstormen op; bestormen; bestorming; bulderen; losstormen op; onweer; onweersbui; razen; regenbui; storm; stormen; stormlopen; tekeergaan; uitbarsting; uitvaren; woeden
trooper cavaleriepaard; cavalerist; troepentransportschip