English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word remiss
| English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
remiss (careless; neglectful; negligent; lax; thoughtless) | ||
remiss (careless; neglectful; negligent) | ||
remiss (careless; neglectful; negligent) | preterlasema | |
strafvermindering | ||
🔗 Using holes in that policy, a Gujarat government‐appointed committee—loaded with BJP members—recommended remission. | ||
remit (allay; alleviate; cushion; ease; mitigate; relieve) | mildigi | |
remit (forgive; pardon; excuse) | ||
remit (send; transmit; submit) | doen toekomen ; ; ; ; | |
remit | rimesi | |
| English | Dutch |
|---|---|
| remiss | ⇆ lui; ⇆ nalatig; ⇆ slap; ⇆ te kort schietend; ⇆ traag |
| be remiss in one’s attendance | ⇆ vaak verzuimen |
| remission | ⇆ kwijtschelding; ⇆ strafvermindering; ⇆ vergeving; ⇆ vergiffenis |
| remit | ⇆ afdragen; ⇆ afnemen; ⇆ bevoegdheid; ⇆ competentie; ⇆ doen afnemen; ⇆ doen verflauwen; ⇆ kwijtschelden; ⇆ overmaken; ⇆ overzenden; ⇆ remitteren; ⇆ temperen; ⇆ terugzenden; ⇆ toesturen; ⇆ toezenden; ⇆ uitstellen; ⇆ verflauwen; ⇆ vergeven; ⇆ verminderen; ⇆ verslappen; ⇆ verwijzen; ⇆ verzachten; ⇆ óversturen |