English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word procure

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
procure
(get; obtain)
havigi al si
procure
(get)
provizi sin per
procure
(book; order)
;
procure
(provide; deliver; supply; get)
;
procure
(act as agent; act as go‐between; purvey)
peri

EnglishDutch
procure aanschaffen; bewerken; bezorgen; gelegenheid geven; koppelen; krijgen; schaffen; teweegbrengen; verkrijgen; verschaffen; verstrekken; zich aanschaffen; zich verschaffen
procure something for somebody iemand iets aan de hand doen
procuration bezorging; koppelarij; procura; procuratie; provisie; verschaffing; volmacht
procurator gevolmachtigde; procurator; procureur; zaakbezorger
procurer koppelaar; pooier; verschaffer; verstrekker
procuring koppelarij; verstrékkend