English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word explicitly

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
explicitly
(expressly)
uitdrukkelijk
eksplicite
explicitly
(clearly; demonstrably; distinctly; lucidly; plainly; plain)
;
explicitly
(frankly; openly; bluntly; candidly; overtly)
open en bloot
; ; ; ; ;
explicit
(graphic)
;
uitdrukkelijk
explicit
(clear; distinct; plain; obvious; lucid; straightforward; limpid)

EnglishDutch
explicitly stellig; uitdrukkelijk
explicit duidelijk; expliciet; nietsverhullend; onomwonden; openhartig; stellig; uitdrukkelijk