English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word estrange

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
estranged
(hostile)
(alien; foreign; extraneous)
(odd; peculiar; curious; weird; queer; off‐beat; funny; outlandish); ; ; ; ;
🔗 Then a strange thing happened.
(unknown; obscure; unfamiliar)

EnglishDutch
estrange vervreemden; verwijderen
estrange from vervreemden van
estranged vervreemd
estrangement vervreemding; verwijdering
strange bijzonder; eigenaardig; onbekend; ongewoon; onwennig; raar; vreemd; vreemdsoortig; zonderbaar; zonderling