English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word err

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(be wrong; be mistaken); ;
erroneous
(mistaken; wrong)
; ; ;
error
(mistake; fault)
; ; ;
error

EnglishDutch
err de fout in gaan; dolen; dwalen; een fout begaan; falen; feilen; zich vergissen; zondigen
err on the side of caution het zekere voor het onzekere nemen
to err is human dwalen is menselijk; vergissen is menselijk
errant dwalend; ontrouw; ronddwalend; rondtrekkend; van het rechte pad geraakt; zondigend; zwervend
erratic dwalend; grillig; ongeregeld; onregelmatig; zwervend
erroneous fout; foutief; onjuist; vals; verkeerd
error abuis; dwaling; feil; fout; misgreep; misslag; onjuistheid; overtreding; vergissing