English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word compress

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
compress	comprimeren	kompaktigi
compress	condenseren	kondensi
compress (clasp; clench; constrict; sandwich; squeeze)	samendrukken	kunpremi
compress	kompres ; omslag	kompreso
compression	compressie	kunpremo

English	Dutch
compress	⇆ comprimeren; ⇆ inkorten; ⇆ kompres; ⇆ omslag; ⇆ samendrukken; ⇆ samenpersen
ice compress	⇆ ijscompress
wet compress	⇆ nat verband
compressed	⇆ beknopt; ⇆ bondig; ⇆ gecomprimeerd; ⇆ samengedrukt
compressible	⇆ samendrukbaar
compression	⇆ afplatting; ⇆ bondigheid; ⇆ compressie; ⇆ gedrongenheid; ⇆ samendrukking; ⇆ samenpersing
decompress	⇆ decomprimeren