English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word blitz
English | Dutch |
---|---|
blitz | ⇆ actie; ⇆ blitzkrieg; ⇆ campagne; ⇆ door een luchtaanval verwoesten; ⇆ een hevige aanval doen op; ⇆ een hevige luchtaanval doen op; ⇆ hevige aanval; ⇆ hevige luchtaanval; ⇆ verwoesten |