Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het lid op de neus

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(kruik; pul; kroes);
pitcher
;
🔗 Dan kan het niet anders of het moet in de kan zijn gedaan, in de kan met druivesap.
(lidmaat)
🔗 Wie was het derde lid van je groep?
(genoot);
🔗 Turkije heeft Israël eerder gewaarschuwd voor „ernstige gevolgen” als het land probeert leden van Ḥamās op te sporen die in Turkije wonen.
(term)
🔗 Ook komt het voor dat we beide leden trachten te herleiden tot dezelfde eenvoudiger vorm.
(lidmaat)
🔗 Het water is diep, en donker en koud, en nu al amuseren onbekende creaturen zich met mijn lid.
fore
;
forefront
🔗 Hij stond op de neus en probeerde door het regengordijn heen te kijken.
🔗 Voor Dolf kon reageren, raakte de man hem vol op de neus.

DutchEnglish
wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het lid op de neus much would have more and lost all
kan can; carboy; jug; pitcher; pot; mug; tankard; litre
lid fellow; lid; limb; member; phalanx; paragraph; term; joint; degree; generation; penis
neus hooter; neb; nose; nozzle; pecker; proboscis; toe; toe‐cap