Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vervaardiger

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
vervaardiger
(fabrikant)
maker
;
manufacturer
vervaardiger
(maker)
maker
(maken)
🔗 Het was allereerst noodzakelijk een veilige verblijfplaats te vinden en op de een of andere manier van metaal of steen wapens te vervaardigen.

DutchEnglish
vervaardiger constructor; fabricator; maker; manufacturer
vervaardigen fabricate; make; manufacture