Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word soevereiniteit

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
soevereiniteit
(oppergezag; opperheerschappij)
(oppermachtig)
suverena
sovereign
(sovereign)
suvereno
🔗 Twee uur later zat ik met mijn koffer en mijn valies naast me op een bank aan de rand van het dorpsplein en keek hoe de koetsier wegreed, met in zijn zak een van de twee halve soevereinen die ik nog had bezeten.

DutchEnglish
soevereiniteit regality; sovereignty
soeverein sovereign
volkssoevereiniteit sovereignty of the people