Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word slof

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(muil; muiltje)
babouche
🔗 Nieuwsgierig om te weten wat er gebeurde, ging ik op sloffen en in pyama aan dek.
;
(remblok; remschoen); ; ;
sprag
;

DutchEnglish
slof carton; het op; mule; nut; skid; slipper
iets op zijn sloffen afkunnen have enough time for something
op een schoen en een slof on a shoestring; beggarly
op zijn sloffen halen sail through
uit zijn slof schieten bestir oneself; make a sudden display of energy
zich het vuur uit de sloffen lopen run one’s legs off
sloffen shamble; shuffle one’s feet; shuffle