Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word personeelslid
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(employé; werknemer; geëmployeerde) | ||
🔗 Elk mocht maximaal veertig personeelsleden in dienst nemen. | ||
(lidmaat) | ||
🔗 Wie was het derde lid van je groep? | ||
(genoot) | ; | |
🔗 Turkije heeft Israël eerder gewaarschuwd voor „ernstige gevolgen” als het land probeert leden van Ḥamās op te sporen die in Turkije wonen. | ||
(term) | ||
🔗 Ook komt het voor dat we beide leden trachten te herleiden tot dezelfde eenvoudiger vorm. | ||
(lidmaat) | ||
🔗 Het water is diep, en donker en koud, en nu al amuseren onbekende creaturen zich met mijn lid. | ||
(dienstpersoneel) | ||
🔗 Volgens mij hebben ze daar veel te weinig personeel. |
Dutch | English |
---|---|
lid | ⇆ degree; ⇆ fellow; ⇆ generation; ⇆ joint; ⇆ lid; ⇆ limb; ⇆ member; ⇆ paragraph; ⇆ penis; ⇆ phalanx; ⇆ term |
personeel | ⇆ personal; ⇆ personnel; ⇆ staff; ⇆ servants |