Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word niets uit te staan hebben met
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(uitspringen; uitsteken) | stand out | |
(doorstaan; dulden; uithouden; verdragen; volhouden) | ; ; | |
(doorstaan; lijden) | ; ; | |
🔗 Ik heb wat uitgestaan. |
Dutch | English |
---|---|
niets uit te staan hebben met | ⇆ have nothing to do with |
uitstaan | ⇆ abide; ⇆ bear; ⇆ flare; ⇆ flare out; ⇆ outstand; ⇆ suffer; ⇆ stand out; ⇆ stand; ⇆ endure; ⇆ put out at interest |