Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word minderheid

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
minority
🔗 Het land is geen prettig oord voor religieuze minderheden.
fewer
;
🔗 Ik was minder voldaan, want de twee door mij gezochte mannen waren nog niet ter sprake gekomen.
🔗 In Portugal heeft de minderheidsregering een politiek akkoord bereikt met de oppositie over de begroting voor volgend jaar.

DutchEnglish
minderheid inferiority; minority
minder down; inferior; less; lesser; minor; fewer; worse
minderheidskabinet minority government
minderheidsregering minority government