Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word brandalarm

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
fire‐alarm
;
🔗 Bij loos alarm ga je weer naar bed, maar bij groot alarm loop je door, net zolang tot je bij de brand bent.
🔗 Het alarm verspreidde zich.
(branden)
combustion
(fik);
🔗 De oorzaak van de brand is onbekend.
🔗 Bij de brand kwam veel rook vrij.
(roest)
smut

DutchEnglish
brandalarm fire‐alarm; firecall
alarm alarm; alarum; alert; commotion; uproar
brand smut; blaze; blight; brand; burning; canker; conflagration; fire; eruption