Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bloeiend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Het volgend jaar heeft men dan bloeiende planten.
(bloesemen); ;
🔗 Die bloeit om de twee jaar.
(floreren; gedijen; tieren; vooruitkomen); ;
thrive

DutchEnglish
bloeiend blooming; bloomy; blossoming; flourishing; flowering; humming; palmy; prosperous; thriving
bloeien be out; bloom; blossom; florescence; flourish; flower; prosper; thrive; fructify
laatbloeiend late‐flowering