Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word behorend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(toebehoren);
🔗 Wiens schapen hoed je en aan wie behoort dit kasteel?
(horen)
befit
;
be fitting
🔗 Ik geef toe, Cugel behoort geen gebaren te maken of vrienden aan te spreken in het urinoir.
(horen; moeten)
🔗 Het was er niet zoals het behoorde te zijn.

DutchEnglish
behorend appurtenant
behoren appertain; belong; go; ought; belong to; be fit; be proper; should