Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word alwetend
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
; omniscient | ||
(ook al; zelfs als) | even if | eĉ se |
🔗 Ja, al had iemand zaagsel in zijn hoofd, dit zou hij kunnen schatten. | ||
(alvast; bereids; reeds) | ; | |
🔗 Hoelang woont u daar al? | ||
(alhoewel; hoewel; ofschoon) | ; ; | |
(alles) | ||
🔗 Eén dag is al wat je ermee zou verliezen. | ||
(elk; ieder; alle) | ||
🔗 Alle gasten zijn gevlucht! | ||
omniscience | ĉioscio | |
🔗 Majoor Smythe bewonderde de alwetendheid van deze twee mannen, maar tegelijkertijd vervloekte hij die. | ||
(kennis; kunde; medeweten) | ||
🔗 Achter hem lieten de gokkers hun dobbelstenen even met rust en staarden hem na met een duister weten in hun blik. | ||
🔗 Ik wil eerst zien, of gij weet te zwijgen. | ||
(kennen) | ||
🔗 Hoe weet je dat? | ||
🔗 Weet je een goedkopere oplossing, dan is dit natuurlijk prima. | ||
🔗 Je weet dat het niet meer hoeft? |
Dutch | English |
---|---|
alwetend | ⇆ all‐knowing; ⇆ omniscient |
al | ⇆ all; ⇆ already; ⇆ although; ⇆ every; ⇆ though; ⇆ yet; ⇆ even if; ⇆ even though |
alwetendheid | ⇆ omniscience |
weten | ⇆ be aware of; ⇆ ken; ⇆ know; ⇆ knowledge; ⇆ understand; ⇆ manage |
wetend | ⇆ cognizant |