Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word Engelse
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 Haar Engels was grammaticaal correct, maar werd op een wijze uitgesproken die Hilary deed vermoeden dat de vrouw toch geen Engelse was. | ||
🔗 Wat zoudt u bijvoorbeeld in Engeland onder een warme dag verstaan? | ||
🔗 Het gaat om uw eer als Engels gentleman? | ||
🔗 Hij moet een ijzeren hoofd hebben, die Engelsman. |
Dutch | English |
---|---|
Engelse | ⇆ Englishwoman |
Engeland | ⇆ Albion; ⇆ Blighty; ⇆ England |
Engels | ⇆ Anglo‐Saxon; ⇆ English; ⇆ blighty; ⇆ Sassenach |
Engelsman | ⇆ Anglo‐Saxon; ⇆ Englishman; ⇆ limey; ⇆ pom; ⇆ pommy; ⇆ Sassenach |