Information du mot oog (néerlandais → espéranto: okulo)

Parti du discourssubstantif
Prononciation/ox/
Césureoog
Genreneutre
Plurielogen

Diminutif
SingulierPluriel
oogjeoogjes

Exemples d’usage

De markies verbleekte en staarde met uitpuilende ogen naar de verschijning.
Reith volgde het pad met de ogen.
Hun ogen, die nog niet aan het donker gewend waren, vertelden hun niets.
Je zult je ogen niet geloven.
Alle ogen zijn deze week gericht op Rotterdam, waar het eindelijk staat te gebeuren.
Ik knipperde met de ogen.
Hij sloot de ogen en bleef zo drie minuten zitten.

Traductions

afrikaansoog
allemandAuge
anglaiseye
anglais (vieil anglais)eage
catalanborró; ull
créole jamaïcainyai
danoisøje
espagnolojo
espérantookulo
féringieneyga
finnoissilmä
françaisœil
frison occidentaleach
frison saterlandOge
gaélique écossaissùil
galloisllygad
hawaiienmaka
hongroisszem
islandaisauga
kabyletiṭ
latinoculus
luxembourgeoisA
malaismata
norvégienøye
papiamentowowo
polonaisoko
portugaisolho
russeглаз
scotsee
souahélijicho
srananay
suédoisöga
tagalogmatá
tchèqueoko
thaïตา
turcgöz
yidicheאױג