Information du mot gebaar (néerlandais → espéranto: gesto)

Synonyme: geste

Parti du discourssubstantif
Prononciation/ɣəˈbar/
Césurege·baar
Genreneutre
Plurielgebaren

Diminutif
SingulierPluriel
gebaartjegebaartjes

Exemples d’usage

Hun gebaren waren levendiger en zij spraken luider dan gewoonlijk.
Hij maakte een gebaar dat het wel in orde kwam.
De tovenaar maakte een nieuw gebaar.

Traductions

afrikaansgebaar
allemandGebärde; Geste
anglaisgesture
catalangest
espagnolademán; gesto
espérantogesto
féringienkeipa
finnoisele
françaisgeste
frison occidentalgebeart
frison saterlandGeboar; Geste
italiengesto
papiamentogesto
portugaisaceno; gesto
suédoisgest
tchèquegesto; posunek