Information du mot doorbladeren (néerlandais → espéranto: foliumi)

Synonymes: bladeren, ombladeren

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈdorbladərə(n)/
Césuredoor·bla·de·ren

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) blader door(ik) bladerde door
(jij) bladert door(jij) bladerde door
(hij) bladert door(hij) bladerde door
(wij) bladeren door(wij) bladerden door
(jullie) bladeren door(jullie) bladerden door
(gij) bladert door(gij) bladerdet door
(zij) bladeren door(zij) bladerden door
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) doorbladere(dat ik) doorbladerde
(dat jij) doorbladere(dat jij) doorbladerde
(dat hij) doorbladere(dat hij) doorbladerde
(dat wij) doorbladeren(dat wij) doorbladerden
(dat jullie) doorbladeren(dat jullie) doorbladerden
(dat gij) doorbladeret(dat gij) doorbladerdet
(dat zij) doorbladeren(dat zij) doorbladerden
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
blader doorbladert door
Participes
Participe présentParticipe passé
doorbladerend, doorbladerende(hebben) doorgebladerd

Exemples d’usage

Glawen bladerde het door.
Nog geen half uur later, toen Anthony een geïllustreerd tijdschrift doorbladerde, vond hij wat hij zocht.

Traductions

allemandblättern; blättern in
anglaisleaf through; browse; leaf
espagnolhojear
espérantofoliumi; trafoliumi
féringienblaða
françaisfeuilleter
portugaisfolhear