Synonymes: bekant, bijkans, bijna, haast, nagenoeg, vrijwel, welhaast, zo goed als, genoegzaam, praktisch, quasi
Men kan zich dus de gevoelens voorstellen waarmede ik mij door het stadje voortbewoog, toen ik van schier alle balkons de beeltenis van de grote dichter zag afhangen, omgeven door vlaggen, kransen en fleurige festoenen.
Op diens gezicht was echter niets bijzonders te zien, hoewel de inspecteur had willen zweren hem even en schier onmerkbaar te hebben zien glimlachen toen men met de hond was komen aanzetten.
De toestand was schier onhoudbaar.