Información sobre la palabra maat (neerlandés → Esperanto: kunulo)

Sinónimos: gezel, kameraad, kornuit, makker, metgezel, partner

Categoría gramaticalsustantivo
Pronunciación/mat/
Separaciónmaat
Géneromasculino
Pluralmaten, maats

Diminutivo
SingularPlural
maatjemaatjes

Muestras de uso

Gerrit had wel gemerkt dat zijn oom even aarzelde voordat hij zij dat zijn maats wel te vertrouwen waren, maar hij zei niets.
Gedurende deze eerste dagen van zijn leven was zijn tehuis in het hartje van een groep omgewaaide bomen waar Wolvin, zijn blinde moeder, een veilig nest gevonden had voor zijn prille jeugd en waar Kazan, haar maat, slechts nu en dan kwam, met ogen die in de duisternis glommen als groenachtige ballen vuur.

Traducciones

afrikáansgesél
alemánGefährte; Genosse; Geselle; Partner
cataláncamarada; company
danéssamlever
españolcamarada; compañero
esperantokunulo
francéscompagnon
frisón de SaterlandGesälle; Moat
ingléscompanion; buddy; comrade
inglés antiguogefera
islandéssambýlismaður
noruegosamboer
papiamentokompañero
portuguésassociado; companheiro
suajilimwenzi