Información sobre la palabra zondag (neerlandés → Esperanto: dimanĉo)

Categoría gramaticalsustantivo
Pronunciación/ˈzɔndɑx/
Separaciónzon·dag
Géneromasculino
Caso genitivozondags
Pluralzondagen

Muestras de uso

Dat heeft president Filipe Nyusi zondag bekendgemaakt.
Het wordt zondag opnieuw warm.
Het Zuidamerikaanse Chili is zondag getroffen door een aardbeving.
Zondag hebben christenen in Lahore onder bescherming van de politie betoogd tegen de aanvallen.
Het Franse leger heeft in de nacht van zaterdag op zondag omvangrijke luchtaanvallen uitgevoerd ten noorden van de Malinese stad Kidal.
Maar op zondag was het in De Bilt toch nog even drie graden.

Traducciones

afrikáansSondag
albanésdiel
alemánSonntag
bajo sajónsündag; sundag
catalándiumenge
criolla jamaiquinaSonde
checoneděle
danéssøndag
españoldomingo
esperantodimanĉo
feroéssunnudagur
finéssunnuntai
francésdimanche
frisón de SaterlandSundai
frisón occidentalsnein
galésdydd Sul
griegoΚυριακή
húngarovasárnap
inglésSunday
inglés antiguoSunnandæg
islandéssunnudagur
italianodomenica
luxemburguésSonndeg
malayoAhad; Minggu
noruegosøndag
papiamentodjadumingu
polaconiedziela
portuguésdomingo
rumanoduminică
sranan tongosonde
suajiliJumapili
suecosöndag
tailandésวันอาทิตย์
turcopazar