Información sobre la palabra opensteken (neerlandés → Esperanto: spili)

Sinónimo: aftappen

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈopə(n)stekə(n)/
Separaciónopen·ste·ken

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) steek open(ik) stak open
(jij) steekt open(jij) stak open
(hij) steekt open(hij) stak open
(wij) steken open(wij) staken open
(jullie) steken open(jullie) staken open
(gij) steekt open(gij) staakt open
(zij) steken open(zij) staken open
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) opensteke(dat ik) openstake
(dat jij) opensteke(dat jij) openstake
(dat hij) opensteke(dat hij) openstake
(dat wij) opensteken(dat wij) openstaken
(dat jullie) opensteken(dat jullie) openstaken
(dat gij) opensteket(dat gij) openstaket
(dat zij) opensteken(dat zij) openstaken
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
steek opensteekt open
Participios
Participio presenteParticipio pasado
openstekend, openstekende(hebben) opengestoken

Traducciones

alemánanzapfen
españolbarrenar
esperantospili
feroéstappa
frisón de Saterlandeepen moakje
frisón occidentalôftaapje
inglésbroach; tap