Información sobre la palabra doorzetten (neerlandés → Esperanto: persisti)

Sinónimos: doorbijten, het houden, het uithouden, voet bij stuk houden, volharden, volhouden

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈdorzɛtə(n)/
Separacióndoor·zet·ten

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) zet door(ik) zette door
(jij) zet door(jij) zette door
(hij) zet door(hij) zette door
(wij) zetten door(wij) zetten door
(jullie) zetten door(jullie) zetten door
(gij) zet door(gij) zettet door
(zij) zetten door(zij) zetten door
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) doorzette(dat ik) doorzette
(dat jij) doorzette(dat jij) doorzette
(dat hij) doorzette(dat hij) doorzette
(dat wij) doorzetten(dat wij) doorzetten
(dat jullie) doorzetten(dat jullie) doorzetten
(dat gij) doorzettet(dat gij) doorzettet
(dat zij) doorzetten(dat zij) doorzetten
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
zet doorzet door
Participios
Participio presenteParticipio pasado
doorzettend, doorzettende(hebben) doorgezet

Muestras de uso

De hoge raad oordeelde woensdag dat de regering haar strenge beleid mag doorzetten.
De burgemeester had zijn vernieuwingsplannen krachtig doorgezet dat bleek.
Het vijftienjarige meisje dat een Haagse snackbareigenaar heeft doodgestoken, zet haar hoger beroep niet door.

Traducciones

alemánausdauern; aushalten; beharren; bestehen; verharren
catalánpersistir
españolperseverar; persistir
esperantopersisti
feroéshalda fram
finéspysyä
francésperséverer; persister
frisón de Saterlandhäide; uutduurje; uuthoolde
ingléspersevere
papiamentopersistí
portuguésinsistir; perseverar; persistir