Información sobre la palabra veranderen (neerlandés → Esperanto: aliformi)

Sinónimos: herscheppen, vermaken

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/vəˈrɑndərə(n)/
Separaciónver·an·de·ren

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) verander(ik) veranderde
(jij) verandert(jij) veranderde
(hij) verandert(hij) veranderde
(wij) veranderen(wij) veranderden
(jullie) veranderen(jullie) veranderden
(gij) verandert(gij) veranderdet
(zij) veranderen(zij) veranderden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) verandere(dat ik) veranderde
(dat jij) verandere(dat jij) veranderde
(dat hij) verandere(dat hij) veranderde
(dat wij) veranderen(dat wij) veranderden
(dat jullie) veranderen(dat jullie) veranderden
(dat gij) veranderet(dat gij) veranderdet
(dat zij) veranderen(dat zij) veranderden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
veranderverandert
Participios
Participio presenteParticipio pasado
veranderend, veranderende(hebben) veranderd

Traducciones

alemánumformen; umbilden; umwandeln; transformieren; umsetzen
españoltransformar
esperantoaliformi
inglésalter; transform