Información sobre la palabra bijdragen (neerlandés → Esperanto: kontribui)

Sinónimo: contribueren

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈbɛi̯draɣə(n)/
Separaciónbij·dra·gen

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) draag bij(ik) droeg bij
(jij) draagt bij(jij) droeg bij
(hij) draagt bij(hij) droeg bij
(wij) dragen bij(wij) droegen bij
(jullie) dragen bij(jullie) droegen bij
(gij) draagt bij(gij) droegt bij
(zij) dragen bij(zij) droegen bij
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) bijdrage(dat ik) bijdroege
(dat jij) bijdrage(dat jij) bijdroege
(dat hij) bijdrage(dat hij) bijdroege
(dat wij) bijdragen(dat wij) bijdroegen
(dat jullie) bijdragen(dat jullie) bijdroegen
(dat gij) bijdraget(dat gij) bijdroeget
(dat zij) bijdragen(dat zij) bijdroegen
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
draag bijdraagt bij
Participios
Participio presenteParticipio pasado
bijdragend, bijdragende(hebben) bijgedragen

Muestras de uso

Ze reageerde enigszins uit de hoogte en vroeg me wat ik dan dacht bij te dragen aan onze verbintenis.

Traducciones

alemánbeitragen; beisteuern; mitarbeiten
cataláncontribuir
danésbidrage
españolcontribuir
esperantokontribui
feroéshjálpa; stuðla
finésmaksaa osansa
francéscontribuer
ingléscontribute
italianocontribuire
malayomenyumbang; sumbang
papiamentokontribuí
portuguéscolaborar; contribuir