Información sobre la palabra begieten (neerlandés → Esperanto: akvumi)

Sinónimos: besproeien, bevloeien, gieten, sproeien, wateren, water geven

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/bəˈɣitə(n)/
Separaciónbe·gie·ten

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) begiet(ik) begoot
(jij) begiet(jij) begoot
(hij) begiet(hij) begoot
(wij) begieten(wij) begoten
(jullie) begieten(jullie) begoten
(gij) begiet(gij) begoot
(zij) begieten(zij) begoten
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) begiete(dat ik) begote
(dat jij) begiete(dat jij) begote
(dat hij) begiete(dat hij) begote
(dat wij) begieten(dat wij) begoten
(dat jullie) begieten(dat jullie) begoten
(dat gij) begietet(dat gij) begotet
(dat zij) begieten(dat zij) begoten
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
begietbegiet
Participios
Participio presenteParticipio pasado
begietend, begietende(hebben) begoten

Traducciones

alemánmit Wasser begießen; benetzen; wässern; bewässern; berieseln; beregnen
catalánregar
checozavlažit; zavlažovat; zavodňovat
españolabrevar; aguar; regar
esperantoakvumi; akvi
francésabreuver; arroser; asperger d’eau; mouiller
frisón occidentaljitte
ingléswater
islandésveita vatni á; vökva
italianoannaffiare; bagnare; innaffiare
portuguésirrigar; molhar
tailandésรด; รดน้ำ