Información sobre la palabra gratineren (neerlandés → Esperanto: grateni)

Sinónimo: paneren

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ɣratinˈnerə(n)/
Separacióngra·ti·ne·ren

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) gratineer(ik) gratineerde
(jij) gratineert(jij) gratineerde
(hij) gratineert(hij) gratineerde
(wij) gratineren(wij) gratineerden
(jullie) gratineren(jullie) gratineerden
(gij) gratineert(gij) gratineerdet
(zij) gratineren(zij) gratineerden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) gratinere(dat ik) gratineerde
(dat jij) gratinere(dat jij) gratineerde
(dat hij) gratinere(dat hij) gratineerde
(dat wij) gratineren(dat wij) gratineerden
(dat jullie) gratineren(dat jullie) gratineerden
(dat gij) gratineret(dat gij) gratineerdet
(dat zij) gratineren(dat zij) gratineerden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
gratineergratineert
Participios
Participio presenteParticipio pasado
gratinerend, gratinerende(hebben) gegratineerd

Traducciones

alemángratinieren
españolgratinar
esperantograteni
inglésbread; breadcrumb