Sinónimos: eertijds, daarvoor, tevoren, eerder, indertijd, vroeger, vooraan, voordien
Categoría gramatical | adverbo |
---|
Pronunciación | /voːrˈɦen/ |
---|
Separación | voor·heen |
---|
De PR‐man van het kuuroord was Neil Wallis, voorheen adjunct‐hoofdredacteur van de schandaalkrant News of the World.
De Jezidi’s waren naar het gebied gevlucht uit angst voor de oprukkende moslimextremisten van de Islamitische Staat (IS), voorheen ISIS.
Ze krijgen bijval van verschillende Republikeinse politici die voorheen trouwe bondgenoten van Trump waren.