Información sobre la palabra beukelaar (neerlandés → Esperanto: buklero)

Categoría gramaticalsustantivo
Pronunciación/ˈbøkəlaːr/
Separaciónbeu·ke·laar
Géneromasculino
Pluralbeukelaars, beukelaren

Muestras de uso

„Edele Saks,” zei de ridder, „denk eraan dat u geen maliënkolder of harnas draagt, dat u niets hebt dan die lichte helm, uw beukelaar en uw zwaard.”

Traducciones

alemánBuckler
checopukléř
españolbroquel
esperantobuklero
inglésbuckler
polacopuklerz
portuguésbroquel
rusoбаклер