Información sobre la palabra bepalen (neerlandés → Esperanto: difini)

Sinónimos: definiëren, omschrijven, vastleggen

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/bəˈpalə(n)/
Separaciónbe·pa·len

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) bepaal(ik) bepaalde
(jij) bepaalt(jij) bepaalde
(hij) bepaalt(hij) bepaalde
(wij) bepalen(wij) bepaalden
(jullie) bepalen(jullie) bepaalden
(gij) bepaalt(gij) bepaaldet
(zij) bepalen(zij) bepaalden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) bepale(dat ik) bepaalde
(dat jij) bepale(dat jij) bepaalde
(dat hij) bepale(dat hij) bepaalde
(dat wij) bepalen(dat wij) bepaalden
(dat jullie) bepalen(dat jullie) bepaalden
(dat gij) bepalet(dat gij) bepaaldet
(dat zij) bepalen(dat zij) bepaalden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
bepaalbepaalt
Participios
Participio presenteParticipio pasado
bepalend, bepalende(hebben) bepaald

Traducciones

afrikáansdefinieer
alemánbestimmen; definieren
bajo sajónümskryven; bepålen
catalándefinir
españoldefinir
esperantodifini
feroésgera av; greiða; lýsa
finésmääritellä
francésdéfiner; fixer
frisón de Saterlandbepeelje; bestimme; definierje
frisón occidentaldefiniearje
húngarodefiniál
inglésdefine; determine
italianodefinire
papiamentodefiní
portuguésdefinir; designar; destinar; determinar; fixar; indicar; marcar