Información sobre la palabra gewoon (neerlandés → Esperanto: ordinara)

Sinónimos: gemeen, ordinair

Categoría gramaticaladjetivo
Pronunciación/ɣəˈʋon/
Separaciónge·woon

Grados de comparación

Positivogewoon
Comparativogewoner
Superlativogewoonst

Declinación

 PositivoComparativoSuperlativo
Predicativogewoongewoner(het) gewoonst, (het) gewoonste
AtributivoIndefinidoPlural masulino y femininogewonegewoneregewoonste
Singular masculinogewoongewonergewoonst
Pluralgewonegewoneregewoonste
Definidogewonegewoneregewoonste
Partitivogewoonsgewoners 

Muestras de uso

Dit is geen gewone beurs, maar een toverbeurs.

Traducciones

alemángewöhnlich; gemein
catalánhabitual; ordinari
checoběžný; obvyklý; obyčejný
danésalmindelig; ordinær; vanlig; sædvanlig
escocésordinar
españolordinario
esperantoordinara
feroésgerandis; vanligur
finéstavallinen
francésordinaire
frisón de Saterlandgewöönelk
húngaroközönséges
ingléscommon; ordinary; usual; commonplace; everyday; normal
islandésvenjulegur
malayobiasa
noruegovanlig
polacozwykły; zwyczajny
portuguéscomum; ordinário; usual
rusoобыкновенный
turcoadi; alelade