Información sobre la palabra beeldhouwen (neerlandés → Esperanto: skulpti)

Sinónimos: uithakken, uithouwen

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈbeltɦɑu̯ʋə(n)/
Separaciónbeeld·hou·wen

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) beeldhouw(ik) beeldhouwde
(jij) beeldhouwt(jij) beeldhouwde
(hij) beeldhouwt(hij) beeldhouwde
(wij) beeldhouwen(wij) beeldhouwden
(jullie) beeldhouwen(jullie) beeldhouwden
(gij) beeldhouwt(gij) beeldhouwdet
(zij) beeldhouwen(zij) beeldhouwden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) beeldhouwe(dat ik) beeldhouwde
(dat jij) beeldhouwe(dat jij) beeldhouwde
(dat hij) beeldhouwe(dat hij) beeldhouwde
(dat wij) beeldhouwen(dat wij) beeldhouwden
(dat jullie) beeldhouwen(dat jullie) beeldhouwden
(dat gij) beeldhouwet(dat gij) beeldhouwdet
(dat zij) beeldhouwen(dat zij) beeldhouwden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
beeldhouwbeeldhouwt
Participios
Participio presenteParticipio pasado
beeldhouwend, beeldhouwende(hebben) gebeeldhouwd

Muestras de uso

Het was een ouderwets herenhuis met een grote gebeeldhouwde deur.
Ik wist niet dat je beeldhouwde.

Traducciones

alemánhauen; skulptieren
catalánesculpir
españolesculpir
esperantoskulpti
feroéshøgga út; skera út
frisón de Saterlandhaue; skulptierje
ingléssculpture
rusoваять