Información sobre la palabra opnemen (neerlandés → Esperanto: enlasi)

Sinónimos: binnenlaten, inlaten

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈɔpnemə(n)/
Separaciónop·ne·men

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) neem op(ik) nam op
(jij) neemt op(jij) nam op
(hij) neemt op(hij) nam op
(wij) nemen op(wij) namen op
(jullie) nemen op(jullie) namen op
(gij) neemt op(gij) naamt op
(zij) nemen op(zij) namen op
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) opneme(dat ik) opname
(dat jij) opneme(dat jij) opname
(dat hij) opneme(dat hij) opname
(dat wij) opnemen(dat wij) opnamen
(dat jullie) opnemen(dat jullie) opnamen
(dat gij) opnemet(dat gij) opnamet
(dat zij) opnemen(dat zij) opnamen
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
neem opneemt op
Participios
Participio presenteParticipio pasado
opnemend, opnemende(hebben) opgenomen

Muestras de uso

Ik begin langzamerhand ook te twijfelen aan haar verhaal over het bejaardenhuis waarin ze zou worden opgenomen.
Maar zowel het Verenigd Koninkrijk als Bangladesj weigeren de vrouw op te nemen.

Traducciones

catalándeixar entrar
danésgive adgang
españoldejar entrar
esperantoenlasi
inglésadmit