Informatie over het woord tegenvaller (Nederlands → Esperanto: malbonŝanco)

Synoniemen: ongelukje, pech, wanbof, makke

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈteɣə(n)vɑlər/
Afbrekingte·gen·val·ler

Voorbeelden van gebruik

Dat was een tegenvaller.
Voor ons bedrijf is dit een zware financiële tegenvaller.

Vertalingen

Engelsbad luck
Esperantomalbonŝanco; peĉo
Papiamentsmalora
Portugeesazar; caiporismo; urucubaca
Spaansmala suerte
Zweedsotur