Informatie over het woord praatgraag (Nederlands → Esperanto: babilema)

Synoniemen: babbelziek, praatziek

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ˈpratxrax/
Afbrekingpraat·graag

Trappen van vergelijking

Stellende trappraatgraag
Vergrotende trappraatgrager
Overtreffende trappraatgraagst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOvertreffende trap
Predicatiefpraatgraagpraatgrager(het) praatgraagst, (het) praatgraagste
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudpraatgragepraatgragerepraatgraagste
Onzijdig enkelvoudpraatgraagpraatgragerpraatgraagst
Meervoudpraatgragepraatgragerepraatgraagste
Bepaaldpraatgragepraatgragerepraatgraagste
Partitiefpraatgraagspraatgragers 

Vertalingen

Duitsgeschwätzig; schwatzhaft
Engelstalkative
Esperantobabilema
Faeröersprátingarsamur
Fransbabillard; bavard; loquace
Portugeesparoleiro; tagarela