Informatie over het woord voorleggen (Nederlands → Esperanto: antaŭmeti)

Synoniem: serveren

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈvorlɛɣə(n)/
Afbrekingvoor·leg·gen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) leg voor(ik) legde voor
(jij) legt voor(jij) legde voor
(hij) legt voor(hij) legde voor
(wij) leggen voor(wij) legden voor
(jullie) leggen voor(jullie) legden voor
(gij) legt voor(gij) legdet voor
(zij) leggen voor(zij) legden voor
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) voorlegge(dat ik) voorlegde
(dat jij) voorlegge(dat jij) voorlegde
(dat hij) voorlegge(dat hij) voorlegde
(dat wij) voorleggen(dat wij) voorlegden
(dat jullie) voorleggen(dat jullie) voorlegden
(dat gij) voorlegget(dat gij) voorlegdet
(dat zij) voorleggen(dat zij) voorlegden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
leg voorlegt voor
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
voorleggend, voorleggende(hebben) voorgelegd

Voorbeelden van gebruik

Ik vind deze eisen niet te hoog en zal ze aan hen voorleggen.
Als de Griekse regering drie maanden geleden had aangekondigd het pakket voor te willen leggen aan het Griekse volk, had D66 daar begrip voor gehad.

Vertalingen

Deensservere
Engelsserve
Esperantoantaŭmeti
Italiaansservire