Informatie over het woord weidevogel (Nederlands → Esperanto: herbeja birdo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈʋɛi̯devoɣəl/
Afbrekingwei·de·vo·gel

Voorbeelden van gebruik

Ook weidevogels die in de omliggende weidegebieden broeden, zoals de tureluur en de grutto, vinden er een rijk gedekte tafel.

Vertalingen

Engelsmeadow bird
Esperantoherbeja birdo
Westerlauwers Friesgreidefûgel