Ynformaasje oer it wurd opgebruiken (Nederlânsk → Esperanto: foruzi)

Synonimen: opmaken, verbruiken

Wurdsoartetiidwurd
Utspraak/ˈɔpxbrœy̯kə(n)/
Ofbrekingop·ge·brui·ken

Ferfoarming

Oantoanende foarm
NotiidDoetiid
(ik) gebruik op(ik) gebruikte op
(jij) gebruikt op(jij) gebruikte op
(hij) gebruikt op(hij) gebruikte op
(wij) gebruiken op(wij) gebruikten op
(jullie) gebruiken op(jullie) gebruikten op
(gij) gebruikt op(gij) gebruiktet op
(zij) gebruiken op(zij) gebruikten op
Oanfoegjende foarm
NotiidDoetiid
(dat ik) opgebruike(dat ik) opgebruikte
(dat jij) opgebruike(dat jij) opgebruikte
(dat hij) opgebruike(dat hij) opgebruikte
(dat wij) opgebruiken(dat wij) opgebruikten
(dat jullie) opgebruiken(dat jullie) opgebruikten
(dat gij) opgebruiket(dat gij) opgebruiktet
(dat zij) opgebruiken(dat zij) opgebruikten
hjittende foarm
Iental/MeartalMeartal
gebruik opgebruikt op
Mulwurden
NomulwurdDoemulwurd
opgebruikend, opgebruikende(hebben) opgebruikt

Oarsettingen

Esperantoforuzi
Fryskferbrûke
Ingelskuse up
Latynabuti
Portegeeskgastar
Roemeenskepuiza
Spaanskacabar
Sweedskförbruka