Information about the word leesbaar (Dutch → Esperanto: legebla)

Part of speechadjective
Pronunciation/ˈlezbaːr/
Hyphenationlees·baar

Degrees of comparison

Positiveleesbaar
Comparativeleesbaarder
Superlativeleesbaarst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativeleesbaarleesbaarder(het) leesbaarst, (het) leesbaarste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralleesbareleesbaardereleesbaarste
Indefinite singularleesbaarleesbaarderleesbaarst
Pluralleesbareleesbaardereleesbaarste
Definiteleesbareleesbaardereleesbaarste
Partitiveleesbaarsleesbaarders 

Usage samples

Het zal wat meer tijd vergen om de data leesbaar te maken.

Translations

Englishlegible; readable
Esperantolegebla
Faeroeselesandi; sum kann lesast
Germanleserlich
Papiamentolesabel
Polishczytelny
Portugueselegível
Saterland Frisiantou leesen
Swedishläslig
Welshdarllenadwry
West Frisianlêsber