Information about the word samenrotten (Dutch → Esperanto: kolektiĝi)

Synonyms: bijeenkomen, samenscholen, zich verzamelen

Part of speechverb

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) rot samen(ik) rotte samen
(jij) rot samen(jij) rotte samen
(hij) rot samen(hij) rotte samen
(wij) rotten samen(wij) rotten samen
(jullie) rotten samen(jullie) rotten samen
(gij) rot samen(gij) rottet samen
(zij) rotten samen(zij) rotten samen
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) samenrotte(dat ik) samenrotte
(dat jij) samenrotte(dat jij) samenrotte
(dat hij) samenrotte(dat hij) samenrotte
(dat wij) samenrotten(dat wij) samenrotten
(dat jullie) samenrotten(dat jullie) samenrotten
(dat gij) samenrottet(dat gij) samenrottet
(dat zij) samenrotten(dat zij) samenrotten
Imperative mood
Singular/PluralPlural
rot samenrot samen
Participles
Present participlePast participle
samenrottend, samenrottende(zijn) samengerot

Translations

Englishgather; assemble; collect; rally
Esperantokolektiĝi
Germansich sammeln; sich ansammeln; zusammenkommen; zusammenströmen; sich versammeln; sich scharen; sich zusammenscharen
Scotsgaither