Information über das Wort koel (Niederländisch → Esperanto: malvarmeta)

Synonyme: fris, killig

WortartAdjektief
Aussprache/kul/
Trennungkoel

Komparation

Positivekoel
Komparativkoeler
Superlativkoelst

Deklination

 PositiveKomparativSuperlativ
Predikativkoelkoeler(het) koelst, (het) koelste
AttributivUnbestimmtMännlicher und weiblicher Mehrzahlkoelekoelerekoelste
Sächlicher Einzahlkoelkoelerkoelst
Mehrzahlkoelekoelerekoelste
Bestimmtkoelekoelerekoelste
Partitivkoelskoelers 

Gebrauchsbeispiele

Zij hadden wel een koeler plekje kunnen vinden, doch zij wilden zich het romantisch genot van een knetterend kampvuur niet ontzeggen.
Hij viel twee keren en iedere keer bleef hij minstens een volle minuut lang liggen om het koele water over zich heen te laten stromen.
Het was halverwege de namiddag van een koele winderige dag.
De wind was koel.

Übersetzungen

Afrikaanskoel
Dänischkølig
Deutschkühl
Englischcool
Englisch (Altenglisch)col
Esperantomalvarmeta; friska
Färöerischkølin
Französischfrais
Griechischδροσερός
Isländischsvalur
Italienischfresco
Jamaikanisches Kreolischkuul
Lateinalsus
Luxemburgischkill
Malaiischsejuk
Portugiesischfresco
Saterfriesischköil
Schwedischsval
Scotscuil
Spanischfresco
Tagalogmalamíg
Thaiเย็น
Tschechischchladivý; chladný
Westfriesischfris; koel