Information über das Wort verdienen (Niederländisch → Esperanto: lukri)

Synonym: geld verdienen

WortartVerb
Aussprache/vərˈdinə(n)/
Trennungver·die·nen

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) verdien(ik) verdiende
(jij) verdient(jij) verdiende
(hij) verdient(hij) verdiende
(wij) verdienen(wij) verdienden
(jullie) verdienen(jullie) verdienden
(gij) verdient(gij) verdiendet
(zij) verdienen(zij) verdienden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) verdiene(dat ik) verdiende
(dat jij) verdiene(dat jij) verdiende
(dat hij) verdiene(dat hij) verdiende
(dat wij) verdienen(dat wij) verdienden
(dat jullie) verdienen(dat jullie) verdienden
(dat gij) verdienet(dat gij) verdiendet
(dat zij) verdienen(dat zij) verdienden
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
verdienend, verdienende(hebben) verdiend

Gebrauchsbeispiele

En geld wil je er ook nog aan verdienen.
Een gemiddelde agent verdient er omgerekend 660 euro per maand.
Je zou veel gelukkiger zijn als je de helft verdiende van wat je nu verdient.
Als advocaat verdiende hij zijn geld wel op een moeilijke manier.
Weet je dan niet hoe hij zijn geld verdient?

Übersetzungen

Deutschverdienen
Englischmake
Esperantolukri; laborakiri; perlabori
Jamaikanisches Kreolischmek
Papiamentogana