Information über das Wort commentariëren (Niederländisch → Esperanto: komentarii)

WortartVerb
Aussprache/kɔmɛntariˈjerə(n)/
Trennungcom·men·ta·ri·e·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) commentarieer(ik) commentarieerde
(jij) commentarieert(jij) commentarieerde
(hij) commentarieert(hij) commentarieerde
(wij) commentariëren(wij) commentarieerden
(jullie) commentariëren(jullie) commentarieerden
(gij) commentarieert(gij) commentarieerdet
(zij) commentariëren(zij) commentarieerden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) commentariëre(dat ik) commentarieerde
(dat jij) commentariëre(dat jij) commentarieerde
(dat hij) commentariëre(dat hij) commentarieerde
(dat wij) commentariëren(dat wij) commentarieerden
(dat jullie) commentariëren(dat jullie) commentarieerden
(dat gij) commentariëret(dat gij) commentarieerdet
(dat zij) commentariëren(dat zij) commentarieerden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
commentarieercommentarieert
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
commentariërend, commentariërende(hebben) gecommentarieerd

Übersetzungen

Deutschkommentieren; erklären; erläutern; mit Anmerkungen versehen
Englischcomment on
Esperantokomentarii
Katalanischcomentar
Papiamentokomentá
Spanischcomentar