Informasie oor die woord dun (Nederlands → Esperanto: maldika)

Sinonieme: luchtig, mager, schraal, sprietig

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/dɵn/
Afbrekingdun

Trappe van vergelyking

Stellende trapdun
Vergrotende trapdunner
Oortreffende trapdunst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOortreffende trap
Predikatiefdundunner(het) dunst, (het) dunste
AttributiefOnbepaaldManlike en vroulike meervouddunnedunneredunste
Onsydige enkelvouddundunnerdunst
Meervouddunnedunneredunste
Bepaalddunnedunneredunste
Partitiefdunsdunners 

Voorbeelde van gebruik

Gebruik alleen dunne, buigzame takken.
Het bed was niet veel meer dan een brits en de matras die erop lag, was hard en dun.
Hij zweeg peinzend en langzamerhand verscheen er een dunne glimlach op zijn gelaat.
Monty Velston haalde een dunne sigaar te voorschijn, keek er spijtig naar en stak hem dan weer in zijn zak.
Het nootje heeft een gladde, dunne schaal.

Vertalinge

Afrikaansmaer
Albanieshollë
Deensmager; tynd
Duitsdünn
Engelslean; thin
Engels (Ou Engels)þynne
Esperantomaldika; minca
Faroëesklænur
Fransmince
Grieksαδύνατος
Hawaiïeslahi
Hongaarsvékony
Italiaanssottile
Jamaikaanse Patoisliin
Jiddisjדין
Katalaansprim
Latynpetilus; gracilis
Luxemburgsdënn
Maleiskurus; tipis; nipis
Nederduitsdünne
Noorstynn
Papiamentsdelegá; flako; flaku
Poolscienki
Portugeesdelgado; delicado; fino
Russiesтонкий
Skots-Gaeliestana
Spaansfino
Srananfini
Sweedssmal; tunn
Thaiผอม; บาง
Tsjeggiesštíhlý; tenký
Wes‐Friestin
Yslandsmjór; þunnur