Sinonieme: een beetje, een weinig, enigermate, nogal, tamelijk, wat, behoorlijk
Woordsoort | bywoord |
---|
Uitspraak | /ˈenəxsɪns/ |
---|
Afbreking | enigs·zins |
---|
Hij schudde het hoofd en wilde iets zeggen, doch nu had de markies zich weer enigszins van de schok hersteld.
Dat de slag enigszins in de vergetelheid is geraakt, wijt Hintemann aan hetzelfde fenomeen.
Het zaad is uiterst fijn, wat het zaaien wel enigszins lastig maakt.
Enigszins hongerig en slecht geluimd zetten heer Bommel en Tom Poes de tocht voort.
Largo zag dat hij enigszins beefde, alsof hij koorts had.